Krk, in Kroatië, ligt er lekker bij. Zowel het eiland als de stad. Op mijn telefoon stond "33 graden, overwegend zonnig". Als dit "overwegend" zonnig is, dan wil ik "volop zon" maar niet meemaken. We hebben er nu in zes dagen zo'n twaalfhonderd kilometer op zitten en alleen de eerste dag hebben we echt een flinke ruk gereden - de eerder genoemde 640 kilometer naar Der Freistaat.
Berchtesgaden was na twee dagen wel welletjes. We zijn er op zondag weer vertrokken, eigenlijk in de veronderstelling dat we daarmee de verkeersdrukte subliem ontlopen hadden. Dat klopte ook wel, het was druk maar het reed. We hoefden niet door de Karawankentunnel - die het grootste deel van het weekend geblokkeerd is vanwege het staatsbezoek van Vladimir Poetin aan Slovenië (fuck zie littel peepol, zey can vait). De wachttijd is opgelopen tot 5 uur - om dan met je caravan achter je Fiesta 1,0 over de pas te moeten.
De file voor de tunnel, die er eigenlijk de hele zomer staat, strekte echter ook deze zondag nog zó ver naar achteren dat we er toch in stonden. Terwijl we er af moesten. Nou heb ik een pesthekel aan dat volk dat dan over de vluchtstrook naar zijn afrit doortuft maar ik vond het dees keer zeer legitiem om dat te doen; het was immers niet mijn file. Ik wou hem graag één camper korter maken door er uit te gaan. Ik was dan ook van mening dat voor één keer ik best gebruik mocht maken van die vluchtstrook; het is dan immers een nobele daad ten opzichte van de arme kloten die wél door die tunnel moeten.

Alleen was er geen vluchtstrook. Geen meter, niks. Dát vind ik nou oneerlijk. Verplicht in andermans file.

Dat is dan ook het enige van belang dat er te melden valt over Ferlach. De pizzeria, de shoarmatent en het Chinees restaurant zijn alle drie failliet. Echt waar, ga maar kijken. Het centrum, dat die naam niet echt verdient, ligt zieltogend te wachten op het genadeschot. Wij liepen er op zondagmiddag - in het hoogseizoen - rond etenstijd. Er was he-le-maal niemand. O nee - er zat een stelletje wat te zoenen op het enige terras dat open was. Uit de speakers klonk een Duitstalig lied uit de krochten van de schlager-hel. Hun bier was verschaald, dood net als de rest van het dorp. En toen begon het nog te regenen ook.
Die Loibli Pas, die zou ik onthouden, mocht je ooit nog naar Slovenië rijden. Het is natuurlijk een omweg, zowel in kilometers als in tijd. Anderzijds rijdt er niemand en kost het niks, twee dingen die je van de Karawanken niet kunt beweren. Het is een mooie pas, niet ál te moeilijk te rijden - wel wat steile haarspeldbochten maar ik heb er meer gezien dan op deze pas. Ik kan tegenwoordig aardig uit de voeten met Polly. Zonder dingen te raken en zo.
Voordat we Slovenië binnentrokken hebben we het natuurgebied met de onuitspreekbare naam Tscheppasschlucht met een bezoek vereerd. Het is een natuurlijke kloof die met trapjes en trappen, bruggetjes en touwladders in diverse graden van moeilijkheid (en steilheid) te bezichtigen is. Prachtig. De hond, wat mankepotend door al te enthousiast gedol in het voornoemde riviertje in Ferlach, is achtergebleven in de camper - hij wordt nou toch echt te oud voor dit soort escapades.
Slovenië. Bled, om precies te zijn. De aangekondigde camperplaats bleek een buitengewoon slecht onderhouden parkeerplaats met een onwaarschijnlijk smerig toiletgebouwtje. Goede kant: lag naast het politiebureau. Daarnaast stond het er vol met touringcars; dat is altijd een goed teken. Die chauffeurs stellen beroving van hun dikke beurzen vol cash weinig op prijs en hebben ook liever geen beroofde / verkrachte / beide dagjesbejaarden in hun bus, dat maakt de terugweg zo ongezellig.
De campers - 's avonds nam het aantal in korte tijd flink toe - ze stonden opgesteld in een cirkel, zoals je wel eens ziet in oude westerns. Er is dan meteen een stevige eerste lijn van defensie als de indianen aanvallen.
Bled is een archetype pittoresk stadje met kasteel op berg (gaaaap) en een meer met eiland met kasteel erop (beetje minder, maar toch: gaaap). Er was een festival aan de gang deze week, met eettentjes, lokaal geknutselde toeristentroepjes in kleurrijke kraampjes en een nogal overdone podium waar dagelijks een live-optreden van lokaal bekende artisten. Dagelijks, behalve op maandag. Het was maandag. Ook geen indianen gezien, trouwens.
Dinsdag. Verkast naar een - volkomen terecht hoog aangeschreven - camperplaats op een boerderij op een kilometer of acht van de hoofdstad. Schoon, gezellig, aardige ontvangst en om 11 uur 's ochtends het laatste vrije plaatsje voor ons. Bus naar de stad stond te wachten voor de poort. Wat wil je nog meer? Let it be Quite Fucking Cheap! En dat was 'ie ook nog.
Ljubljana. Hoofdstad van Slovenië. Om de een of andere duistere reden ook wel Laibach geheten. Ljubljana is een prachtige stad, helaas verpest door grote hoeveelheden graffiti van het lelijke soort. De straten en boulevards zijn opmerkelijk breed en licht, het riviertje dat er door heen stroomt is bedwongen met kades vol terrassen en de compacte binnenstad staat vol fraaie oude gebouwen, vaak slecht onderhouden en - erger - geflankeerd door een afzichtelijke kantoortoren. Kasteel op berg: Check.
In de bus op weg terug hebben we kennis gemaakt met Dave Stewart. Nee niet die van de Eurythmics; deze was uit Australië. Samen met zijn vrouw Kate en hun twee schattige dochtertjes Danica (3 en-een-half) en hoe-heet-ze-ook-weer (9 maanden) trekken ze zeven maanden door Europa. In een camper. Erg gezellige avond (biertje - en nog een) en verre vrienden erbij op Facebook. Emma mag komen au-pairen. In Sidney.
En dan vandaag. Niet in het oorspronkelijke plan, toch gedaan: Kroatië. Wat zijn we toch een gekkerds, zo spontaan ook. Zeer vlotte reis, de grensovergang naar Kroatië is vaak een drama; vandaag een eitje. Geen hoofdweg genomen maar binnendoor, wellicht dat we daarom op een lege douanepost (Rupa) uitkwamen.
Nu dus Krk. Op het eiland Krk. Alwaar camping Krk bomvol. Maar camperplaats Krk niet; opnieuw het laatste plekje voor ons vanmiddag - het zit mee. Razendsnelle wifi - wordt overigens 's avonds door horde pubers gehijacked, ze zitten dan te gamen en bezetten het accesspoint - zodat ik dit blog nu voor de tweede keer aan het typen ben; crash gehad en de automatische (online) opslag door verbindingsprobleem niet gelukt. Kramp dus.
Binnenkort meer over Krk en de het vervolg van de reis.

Slovenië. Bled, om precies te zijn. De aangekondigde camperplaats bleek een buitengewoon slecht onderhouden parkeerplaats met een onwaarschijnlijk smerig toiletgebouwtje. Goede kant: lag naast het politiebureau. Daarnaast stond het er vol met touringcars; dat is altijd een goed teken. Die chauffeurs stellen beroving van hun dikke beurzen vol cash weinig op prijs en hebben ook liever geen beroofde / verkrachte / beide dagjesbejaarden in hun bus, dat maakt de terugweg zo ongezellig.
De campers - 's avonds nam het aantal in korte tijd flink toe - ze stonden opgesteld in een cirkel, zoals je wel eens ziet in oude westerns. Er is dan meteen een stevige eerste lijn van defensie als de indianen aanvallen.

Dinsdag. Verkast naar een - volkomen terecht hoog aangeschreven - camperplaats op een boerderij op een kilometer of acht van de hoofdstad. Schoon, gezellig, aardige ontvangst en om 11 uur 's ochtends het laatste vrije plaatsje voor ons. Bus naar de stad stond te wachten voor de poort. Wat wil je nog meer? Let it be Quite Fucking Cheap! En dat was 'ie ook nog.
Ljubljana. Hoofdstad van Slovenië. Om de een of andere duistere reden ook wel Laibach geheten. Ljubljana is een prachtige stad, helaas verpest door grote hoeveelheden graffiti van het lelijke soort. De straten en boulevards zijn opmerkelijk breed en licht, het riviertje dat er door heen stroomt is bedwongen met kades vol terrassen en de compacte binnenstad staat vol fraaie oude gebouwen, vaak slecht onderhouden en - erger - geflankeerd door een afzichtelijke kantoortoren. Kasteel op berg: Check.
In de bus op weg terug hebben we kennis gemaakt met Dave Stewart. Nee niet die van de Eurythmics; deze was uit Australië. Samen met zijn vrouw Kate en hun twee schattige dochtertjes Danica (3 en-een-half) en hoe-heet-ze-ook-weer (9 maanden) trekken ze zeven maanden door Europa. In een camper. Erg gezellige avond (biertje - en nog een) en verre vrienden erbij op Facebook. Emma mag komen au-pairen. In Sidney.

Nu dus Krk. Op het eiland Krk. Alwaar camping Krk bomvol. Maar camperplaats Krk niet; opnieuw het laatste plekje voor ons vanmiddag - het zit mee. Razendsnelle wifi - wordt overigens 's avonds door horde pubers gehijacked, ze zitten dan te gamen en bezetten het accesspoint - zodat ik dit blog nu voor de tweede keer aan het typen ben; crash gehad en de automatische (online) opslag door verbindingsprobleem niet gelukt. Kramp dus.
Binnenkort meer over Krk en de het vervolg van de reis.
Note to self: op het eiland Krk, in Krk, op een camperplaats gestaan. Ulica Ivana Gorana Kovacica. Niet veel plaatsen, vroeg komen en mazzel hebben. 15 euro per nacht. Razendsnelle wifi, bier zelf tappen, loopafstand dorp en strand. Perfecte plek als je er kan staan. Alle campings in de omgeving bomvol. En loeiduur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten