woensdag 17 juli 2013

Allons Retourner - Meer van Neuchatel

Saint-Aubin-Sauges, Zwitserland

De bergen stellen nooit teleur. Mont Blanc al helemaal niet. Dinsdag met Lilian - oh zegen, zonder kinderen, die gingen winkelen in Chamonix- de berg op gegaan. Dat wil zeggen: eerst flink eind bergop met het lokale daltreintje, vervolgens lange afdaling per fiets gemaakt naar Chamonix en toen met de kabelbaan in 2 tempi naar 3870 meter. Hoe hoog? Drie Duizend Acht Honderd En Zeventig Meter. Helder weer, zicht meer dan 50 kilometer. Om te beginnen. Hoog genoeg om last te hebben van kortademigheid en duizeligheid bij inspanning. Ik dacht dat ik een watje was (ja ja dat zal ik ook wel zijn) maar ik was in ieder geval de enige niet. Daarnaast. Wat is dat hoog!  Écht hoog, als in gapende afgronden en enorme verre gletsjers onder je met piepkleine mensjes die daaroverheen lopen. De klimmers die aan de rotsen hingen en over de ijsvlaktes trokken waren vooral zeer geschikt om je gevoel voor verhoudingen te ijken. Overigens. Koud! In de zon heel mooi, zodra je in de schaduw komt - en per ongeluk een ijzeren reling aanraakt bijvoorbeeld- dan merk je hoe fundamenteel laag de temperatuur daar is. Tenslotte.  Wat is het daar mooi. Met geen pen te beschrijven. na de Grand Canyon een nieuw, vrij letterlijk, hoogtepunt in mijn leven. Paar aardige foto's geschoten.
's Avonds aanzet van onweer gehad, niet genoeg bliksem om foto's te maken en te weinig donder om de kinderen onder de indruk te laten zijn van de imposante ervaring die onweer in de bergen kan zijn.
Na op woensdag een rustig aan laten we proberen wat te lezen in de zon te hangen boodschapje doen klein onderhoud aan de camper douchen wielrennen kijken fietsen van rek laden en ruzie maken over wel of niet naar L'Alpe d'Huez gaan want dat is de verkeerde kant op ja maar ze gaan hem twee keer op maar dan komen we later thuis nee want dan rij ik in één keer door maar dat zouden we niet doen ja maar het is de honderdste tour de France en er staan twee Nederlanders hoog geklasseerd nee want we vinden het niet leuk genoeg bekijk het maar dan gaan we nu meteen naar huis jullie willen nooit iets doen dat ik leuk vind ja maar waarom vraag je het dan aan ons dus zitten we nu in Zwitserland.
Niet nadat ik ze vanochtend nog even een fikse berg op heb laten takelen en daarna 900 meter laten afdalen. Nog wat mooie foto's geschoten.
Nu dus aangekomen op camperplaats bij charmant klein binnenhaventje aan het meer van Neuchatel. Er is een kiezelstrandje bij kraakhelder water, wel iets frisser dan in Italië en op Corsica. We hebben stroom, er is een uiterst proper sanitairgebouwtje met warme douches - geen muntjes, geen drukknoppen maar gewoon een kraan die blijft lopen zolang jij wilt. Vriendelijke buren van 7 nationaliteiten. Electra is sterk genoeg voor de airco - nog steeds fijn, het was in de Franse Alpen flink aan het betrekken en er waren onaangename zomerstormen voorspeld. Hier, zo'n honderdvijftig kilometer noordelijker evenwel is het vooral wat benauwd na een lange dag met wandelen en reizen. Ik heb zo'n donkerbruin vermoeden dat we voor 18 euro per dag all in hier wel een dagje langer gaan blijven dan gepland. Kan ik op mijn gemak naar L'Alpe d'Huez kijken. 
Had ook wel aan de weg willen staan en "hup Mollema" willen roepen. Had ik nog een paar aardige kiekjes kunnen schieten. 

zondag 14 juli 2013

Chamonix, Zwitserland, Quatorze Juillet

Vanuit Rocca was het maar een uurtje rijden. Rocca was het ultieme beeld van de Bloemenrivièra; de heuvels bekleed met villa's in alle kleuren oranje en overal bloemen, zowel aan de huizen als in hagen en langs de weg. We waren vroeg op, dus ruim op tijd vrijdagochtend in Finale Lugurie, onze laatste overnachting aan de Middellandse Zee. Het was een camperplaats direct aan het water, de foto's waren veelbelovend. De vakantie van de Italianen begon ook afgelopen vrijdag dus vroeg aankomen was het devies. 
We reden er in één keer naartoe (nou ja, wat lokaal draaien om het gevaarte de helling naar de waterkant af te krijgen). Onder aangekomen waren alle waterkantplaatsen op één na bezet; de Italiaanse eigenaren hadden hun camper op last van de beheerder kont-naar-achteren naar zee geparkeerd en achter de camper prettige zitjes met zicht op zee - hengels in het water- gecreëerd. Dat leek ons ook wel iets maar de ambtenaar in functie verwees ons naar een verder naar achteren gelegen gedeelte van de campsite. Ook goed; daar was ook waterkant. Helaas, 8 meter is groter dan je denkt, Italiaanse parkeerlul zonder talenkennis. Past dus niet; dan maar terug naar de enige open plek waar we meteen hadden willen gaan staan - alleen maar om te zien dat er nog net een juist gearriveerde camper dat fraaie plekje indraaide. Natuurlijk was het een Duitser. 

Desondanks fraai plekje, onderaan de berg en op 10 meter van zee. Nog even ruzie gemaakt met een (bij nader inzien erg knappe en gespierde, ik snapte Lilian's opvallend milde reactie ineens een stuk beter) Italiaan die aanstalten maakte om weg te gaan en vervolgens breed zijn tuinmeubilair begon te parkeren op de bijna vrijgekomen (waterkant) plaats. Ik wilde dat plekje wel, hij wilde er terug gaan staan. Ging alleen maar water tanken dus de spaghettivreter had natuurlijk gelijk maar om dat te beamen, daar had ik wat meer tijd voor nodig. Later Luigi-Giovanni (of zoiets) nog hand gegeven, eind goed al goed.
Gisterenochtend de Middellandse Zee achter ons gelaten. Allez, les montagnes!. Eerst langs Turijn, aangenaam rustig op de zaterdagochtend. Eindbestemming na 3 uur reizen, mede door de raid op een Italiaanse Lidl - voor de broodnodige souvenirboodschappen.  Ansjovis in olie,olijven, vis in blik, artisjokharten, diepvries-zeevruchten. De bestemming was opnieuw een obscuur meer, net als het eerste weekend. Deze keer was het Barrage du Mont Cenis, vive La France. Op 2100 meter boven zeeniveau, uitzicht op de eeuwige sneeuw en overal fluithazen (ook bekend als alpenmarmotten). Spectaculaire plek, boven de boomgrens, langsjankende motoren waarvan de herrie door de bergen galmde. Nou ja, tot het donker werd - en dan aardedonker. Miljard sterren. Nachtfoto's gemaakt, fraai, heel blauw? Weet niet waarom. Whatever. Technisch gedoe.
Vanochtend opgestaan voor de Koninginnerit. Vanuit het meer zeiden zowel de Garmin satnav, Google Maps als Sygic dat we rechtsaf terug moesten rijden naar Susa en dan flink om via de snelweg naar Mont Blanc. Dus zijn we natuurlijk linksaf de bergen ingegaan, via Val d'Isère en twee monumentale passen overgestoken. Heb nog nooit zoveel bochten gedraaid en zoveel meter afgrond naast me gezien als vandaag. Huiveringwekkend mooie tocht over de Col d'Iseran. 2771 meter met de camper, ik wist niet eens dat dat kon in Europa. De volgende Col was de La Rosièr, 2200 meter, eitje dus - ware het niet dat daarin veel smallere wegen met erg veel haarspeldbochten zaten. Toetje was de Mont Blanc tunnel, 11 kilometer voor 55 euro. Ik zal niet mekkeren over geld maar ruim één euro per persoon per kilometer - en geen alternatief. Geld-uit-de-zak-klopperij. Straatroof van overheidswege. Piraterij. Schandelijke Franse toeristenbelasting. Geen file, de hemel zij dank - je kunt daar nog eens vijf uur over doen, dat stukje gat-in-de-berg. Totale reisafstand vandaag 170 kilometer, reistijd 5 uur. 
En daar zitten we nu, Hoogte 1100 meter. Chamonix, uitkijkend op twee kolossale gletsjers op de flanken van de Mont Blanc.  Die inderdaad belachelijk hoog is, indrukwekkend veel hoger dan alles wat ik ooit gezien heb. Het weer is helder, overdag 27 graden. Morgen mooi, dinsdag mooi. Misschien onweer dinsdagavond, heel mooi (wel eens onweer in de bergen meegemaakt? Voel je je héééél klein, weet ik sinds ik in een tentje in Oostenrijk op 2000 meter bivakkeerde en Onzelieveheer boos werd).
Misschien blijven we hier nog wel even. Wil collega Jeroen zijn gletsjerfoto's zelf ook wel eens maken, wellicht in combinatie met een mooie bergwandeling (maar dan niet op 3800 meter). Natuurlijk willen de twee oudste dames winkelen in Chamonix. Charlotte is altijd overal tevreden, maakt binnen tien minuten op iedere plek vriendinnen in alle talen. 
En dan staat Mollema ook nog steeds op 2 in de Tour. Mooie zomer dit jaar. 

donderdag 11 juli 2013

Genova (Genua), Italie

Vanochtend vroeg vanuit Bastia naar de veerboot vertrokken en na 6 uur varen aangekomen in Genua. Nou ja, na 7 uur. Ik had een camperplek uitgezocht op een kilometer of 20 zuidelijk van Genua, eigenlijk de verkeerde kant op. Omdat we in het spitsuur uit Genua moesten ontsnappen echter en de haven in het zuidoosten van de stad ligt, leek het me wijs om niet per se al meteen in westelijke richting - dwars door het centrum-  te trekken. 
De drukte van de stad overviel me desondanks. Na randweg Milaan, Florence, Siena en Pisa dacht ik wel wat gewend te zijn maar zo vanaf de veerboot het stadsverkeer van Genua insukkelen, nog een beetje nasudderend van 6 uur dekwarmte is een onthutsende ervaring.Genua is toch íets anders dan de warme, trage Toscaanse steden.
Om jullie een beeld te geven heb ik enkele lokale interpretaties van verkeersvoorschriften voor jullie.
Eerst een simpele. Een rond bord met rode rand met daarin een getal beschrijft de absolute minimumsnelheid.
Een baan op de weg, afgebakend met doorgetrokken gele strepen, grote letters BUS en afbeelding van een stadsbus betekent: mag eventueel ook door stadsbussen gebruikt worden.
Een rond bord, blauwe achtergrond, rode rand en rood diagonaal kruis: enkel parkeren verboden, alleen dubbel geparkeerde voertuigen toegestaan.
Dubbele doorgetrokken witte strepen tussen de baanvakken van het verkeer in twee richtingen: bij voorkeur hier inhalen.
Wanneer een andere verkeersdeelnemer van 4 ton met een snelheid van 50 kilometer per uur een gaatje van 60 centimeter laat vallen: zet hier uw Fiat Panda van links, zonder voorrang, tussen en maak boze gebaren van onbegrip wanneer de bestuurder van voertuig 1 claxxoneert.
Tenslotte: springt een verkeerslicht op rood wanneer u dit nadert, overweeg dan om eventueel te stoppen - maar voel u geenszins verplicht om dit ook te doen.
Terug in het land van pasta en pesto dus. Weinig schrijfzin, moe en wat ongeïnspireerd. Ik lijk wel een profwielrenner (ja ja, ik zie de ironie ook wel); meest vermoeiende dagen van de Tour de France zijn de rustdagen, opnieuw op gang komen valt tegen.
Ik heb de voorbije dagen op de luxe camping net onder Bastia, Corsica niet als zeer aangenaam ervaren. Het weer was prachtig, de camping prima, de camper - en dan vooral de airco - deden het prima en de tourritten waren best te pruimen. Zelf overigens ook nog tourrit gemaakt; met Matilde dinsdag naar Bastia gefietst en foto's gemaakt van dit prachtige oude havenstadje. Natuurlijk ook nog wat kleding - onmisbare attributen voor opgroeiende meisjes en nóóit te veel van - gescoord. Verder wat testosteron gecompenseerd door nieuwe hoed en fraai klapmes (tja, Corsica, wat moet je anders?) aan te schaffen. 

Terwijl de kinderen veel plezier hadden van het zwembad en de zee heb ik gepoogd uit te rusten. Het wil niet zo lukken, dit jaar. Dat merk ik vooral aan mijn boekenconsumptie; zelfs als ik tijd heb om te lezen, doe ik het nauwelijks. Emma is dan ook verbijsterd dat ik nog steeds in mijn eerste boek bezig ben. Ik ben onrustig en snel afgeleid, heb last van van alles en nog wat - van fysieke kwaaltjes tot warmte maar ook van de medemens in het algemeen en de eerder beschreven verkeersdeelnemers in het bijzonder. Gebrek aan tolerantie en subtropische temperatuur gaan niet goed samen. Insecten overigens zijn ook buitengewoon irritant en moeten DOOD. 
Ik zie dan ook uit naar de komende week, waarin we terugkeren naar mijn favoriete omgeving: het hooggebergte. Ben nog nooit bij Mont Blanc geweest, moesten we maar eens wat aan doen. Eerst nog een stukje langs de Bloemenrivièra en een laatste overnachting aan de kust, toepasselijk in Finale Lugurie - what's in a name. 
Vanavond staan we op een heuvel op een schiereiland, vlak bij Punta Chiappa, naast een dorpje dat San Rocco heet. Vanaf de bergen, die hier steil (Jeroen, zó dus) uit het water oprijzen, kijk je de baai in. De heuvels zijn bezaaid met prachtige villa's, de ramen en deuren zijn bijna allemaal beschilderd met trompe l'oeils; de vensterbanken, raamranden, hoekstenen van de huizen en soms hele raampartijen zijn nep. Prachtig schilderwerk. 
Morgen laatste kustdag. Dan via Turijn richting Val d'Isère. Misschien nog op Alpe d'Huez? Wie weet.

maandag 8 juli 2013

Corsica

Wát een fraaie reis maken we. Dwalend door Toscane, genietend van de klassieke steden van Midden-Italië, daarna zeereizend naar Corsica. Cor-si-ca. We hebben het noorden van het eiland, de vinger die naar Genua wijst, verkend. De tocht langs de kust was indrukwekkend, ook de afdaling naar het westelijk deel van het eiland liet steeds nieuwe vergezichten zien. De camping die we hadden uitgezocht lag aan de westkust, aan een mooie baai. Er was een zwembad, het strand op 200 meter en een fraai stadje, Calvi. Alle ingrediënten voor een paar dagen reisvrij, beetje hangen, beetje chillen. 
Het begon goed. Aankomst om 13 uur 45, snel mooi plekje toegewezen gekregen, satellietbereik 94% (dat is, voor de kabelaars onder jullie, prima); Formule 1, bergetappe Tour en finale Wimbledon onder handbereik. Mooi. Kinderen eruit schoppen - húp! Naar het zwembad! Papa wil uitrusten! Vrouw in de zon buiten. Start GP Duitsland - eigenlijk saai maar beside the point. Zo gaandeweg ronde 8 - Vettel leidde van start tot finish, geen leuke crashes, ontploffende banden of andere interessante ontwikkelingen- begon er iets te jeuken. Wát was er nou? Ergens in mijn brein ging er een onbestemd lampje branden, zo'n irritatielampje, oorzaak onbekend, gaarne nader onderzoek in het display ernaast. Waarom staat de TV eigenlijk zo hard? Misschien is dat het. 
Met het zachter zetten van de TV begon de dreun van 120 beats per minute wat evidenter te worden. Eigenlijk bonkte het vrij hard. Eigenlijk bonkte het té hard. Eigenlijk bonkte het irritant hard. Wellicht aso stukje verderop die auto-subwoofer te hard had staan. Ik heb zo'n hekel aan dat soort patsers met een installatie van 1600 watt (twee Pioneer versterkers, 1000 voor de subwoofer, 600 voor de deurspeakers) rondrijden.
Navraag echter - nadat de bron van de herrie moeilijk te lokaliseren bleek- leverde nieuwe informatie op. Er is een vijfdaags housefeest in Calvi; het strand aan de baai, 1,5 kilometer (!!!) verderop is de kern van de feestvreugde. Van 's middags 12 tot de volgende ochtend 07 uur is er gebonk; gelukkig is het over drie dagen al afgelopen. 
De Oostenrijkse buren die voor 3 weken vooruit betaald hadden maar waarvan de kinderen en de echtgenote hologig, trillend en schrikkerig over de camping wankelden, hadden al besloten om de laatste week dan maar te verkassen zodat ze 's nachts een uurtje slaap konden krijgen. Alle watten in de campingwinkel waren uitverkocht; ook de peterselie was op (Asterix, diverse afleveringen, zie Assurancetourix). 
Om nou drie dagen in het gebonk te doen alsof het allemaal wel meevalt - à raison van 65 euro per nacht, ik zou niet meer over geld zeuren maar dat is wel de prijs - ik dácht het niet. Vandaar dat ik, hevig verontwaardigd en bereid om op mijn strepen te gaan staan, met grote stelligheid en op mijn achterste poten mijn vrouw naar de campingbeheerder heb gestuurd. Zij heeft ons een gratis nacht op de betreffende camping - mét excuus van het management - bezorgd. 
Vandaar dat we de volgende ochtend - na een prima nacht zonder overlast, wel wat vaag gebonk maar de camper isoleert beter dan een tent - tegen het voornemen in vertrokken zijn naar betere, lees stillere oorden. 
Corsica is niet echt groot maar de reistijden worden bepaald door de wegen en routes, niet door de afstanden. Om in La Marana te komen, zo'n 10 kilometer zuidelijk van Bastia, moesten we 28 kilometer terug rijden over dezelfde weg als we gekomen waren. Daarna naar het zuiden, dan naar het oosten, dan weer naar het noorden. Hemelsbreed is Calvia - Bastia misschien 50 kilometer, via de wegen - door de fraaie en opmerkelijk hoge bergen - 110 kilometer, af te leggen in zo'n 3 uur. 
Het landschap is oogstrelend; veel rotsige bergen, later veranderend in heuvelgebied met voor bos en -nu kleine maar in het voorjaar vast grote en kolkende - riviertjes, die diepe voren in de omgeving hebben getrokken. 
Naar Corsica komen was een gokje, ik wist weinig van het eiland - eigenlijk alleen wat mijn jeugdvriend Asterix me geleerd heeft in zijn avontuur op dit eiland. Rare jongens, die Corsicanen. In de strip - als ik het me goed herinner - zijn de Corsicanen zwijgzame, strakke types met scherpe gezichten en dito messen. De weinige Corsicanen die we tegenkomen - in het hoogseizoen is de verhouding toeristen / Corsicanen 8:1 - voldoen niet echt aan dit profiel. Het zijn typische Fransen; kortaf en op het randje van onbeschoft tegen toeristen, volstrekt weigerend om zelfs maar iets langzamer te spreken wanneer je daar in keurig Frans om vraagt. Waar de Italianen vrolijk en enthousiast met je proberen te communiceren en élk woordje Italiaans met applaus en gejuich ontvangen, zal een Fransman (vandaag echt gebeurd) je bevestiging "Petit peu" op de vraag of je Frans spreekt zien als een aanmoediging om zo snel, complex en onverstaanbaar mogelijk tegen je aan te beginnen te blaffen (ik mocht daar niet staan met mijn camper, dat begreep ik wel). 
Desondanks weet ik nu al dat ik hier terugkom. De omgeving is woest en verlaten, dan weer lieflijk en Mediterraan, de zee warm, azuurblauw en rustig; de kust is ruw, rotsachtig maar heeft ook brede zandstranden. Er zijn zát mogelijkheden om wild te  kamperen; een deel van mijn aanvankelijke terughoudendheid had te maken met de afwezigheid van camperplaatsen, maar die maak je gewoon zelf. De boottocht is ook in het hoogseizoen te betalen - want geen overnachting dus geen cabine nodig. 
We staan nu weer op zo'n meter of 15 van het strand. Ik zie Emma staan, net uit het water, nog nat, nadat ze uren gesnorkeld heeft. Morgen misschien beetje fietsen, bootje oppompen. Tour kijken, natuurlijk. De veerboot vertrekt donderdag vanuit Bastia om 11 uur. Ik heb zo'n donkerbruin vermoeden dat we hier blijven plakken. Wanneer je op de kunststof tuinstoelen gaat zitten zonder handdoek is dat ook letterlijk het geval.

zaterdag 6 juli 2013

Heet

Na ochtendlijk collaberende dochters (dehydratie+hitte+verbranden=collaps) te hebben opgelapt middels gedwongen waterinname, hebben we gisteren, vrijdag dus, de tocht naar Corsica ondernomen. Dit echter niet nadat we de camper nog even in het centrum van Pisa neergepleurd hebben om die scheve toren te bezichtigen. Dat neerpleuren ging in diverse etappes, smalle straatjes en (ik denk Angolese dan wel Nigeriaanse, in ieder geval -weinig politiek correct- heel zwarte)) straatverkopers die gedrielijk allemaal een andere kant op wapperden en zeiden dat het goed kwam -  ook toen de carabinieri me gesommeerd hadden de toch wel erg grote bak uit dat kleine klotestraatje weg te rijden. No no they won't give you a ticket, zeiden de diverse rolex/rayban/omega-verkopers. Nee nee. Toch maar even doorgereden - en bij dat "even" bleek het gelijk van de juut, er was geen doorkomen aan. Trots dat ik dit tóch zonder schade volbracht had heb ik vandaag op Corsica geprobeerd een berg aan de kant te zetten en flink wat (gelukkig kleine plastic-) schade aangericht, trouwens. Maar dat komt later.
Pisa is, evenals de andere steden waar we totnutoe geweest zijn, een fraaie verzameling antiek. Heet ook. Mooie gebouwen, prachtig gerestaureerd - zo goed als nieuw soms. Het gaat, sprak hij blasé, een beetje vervelen, al die culturele hoogstandjes. Of scheefstandjes want ja, ik kan het bevestigen, de toren van Pisa staat inderdaad scheef. Annie M. G. had gelijk. 
Van Pisa naar Livorno is maar een half uurtje. Van Livorno door de haven naar de ferry-terminal is nog eens een half uur; het is een heel grote haven met een aangrenzend industrieterrein van imposante afmetingen. Heet ook. Zo groot als DSM maar dan zonder dat de lucht gefilterd wordt. Als je langs de gasfabriek rijdt ruik je voortreffelijk wat ze daar maken, geen heel geruststellende waarneming. 
Bij de Moby veerbootmaatschappij de terugtocht van dinsdag naar donderdag gezet; drie dagen Corsica is na bestudering van de kaart wel erg kort.
Wachten. Terminal van Corsica Ferries. Kalm. Zen. Geduldig, in de hitte, tussen vrachtwagens geparkeerd, motor- en dus airco- uit want (terechte) klacht van de buren in de wachtfile. Drukke Italianen die naar de verkeerde (want Moby terugwegtickets naar Genua) kijkend een hoop theater maken over dat die maatschappij pas morgen vaart (maar we gaan vandáág, met een ándere maatschappij, signore - hoe zeg je dat in het Italiaans?). Vertraging. Natuurlijk. Boot vaart om 19 uur.  Josje, geduldig en kalm als gebruikelijk, niet meer zo rielekst. 
Om 19 uur 15 begint de file de boot in te stromen waarin nóg meer geagiteeerde kleine Italiaanse mannetjes met een machismo persoonlijkheid die veel groter is dan hun blauwe overall alle kanten op staan te zwaaien om je zo snel mogelijk tegen een waterwerend schot aan te laten rijden. Loeiheet binnen, trouwens. Mooi niet; inmiddels weer rielekste Josje (als het maar rijdt) kalmpjes de camper geparkeerd waar de mijns inziens meest bekwame en belangrijke van de aanwijssmurfen wees dat 'ie moest komen. Twee dikke duimen van de oppersmurf echter even later toch lang gezicht; terug! Rielekste Josje terug, andere laan, alles komt goed. Trots dat ik dit tóch zonder schade volbracht had heb ik vandaag op Corsica geprobeerd een berg aan de kant te zetten en flink wat (gelukkig kleine plastic-) schade aangericht, trouwens. Maar dat komt later.
Prachtige boottocht, Fraaie zonsondergang. Heet. Schitterende zee, geen dolfijnen helaas. Boot komt aan om 23 uur. Túúúúúúúrlijk. Warm aan dek tot 23 uur - toen mochten we naar de autodekken, zeiden ze. Om 23 uur 40 naar de autodekken, om 0.00 precies ontscheept. Corsica.Corsica!
In de wachtrij in Livorno nog handen- en voetenpraatje gemaakt met Italiaanse camperaars. Advies gevraagd over welke plek goed was voor de eerste nacht. Erbalunga! Bij het postkantoor. 30 kilometer (in werkelijkheid maar 9 kilometer maar ik snap die mevrouw wel; met medeneming van de vertraging door verkeersdrempels  (Corsica is Frankrijk, weetunogwel) leken het zéker 30 kilometer). 
Corsica is ook ingewikkeld. En heet.  Erbalunga bestaat niet op het navigatiesysteem en op sommige kaarten; dan heet het Brando, de Franse naam. Corsica was ooit Italiaans (eigendom van de stadsstaat Genua) en is na een bloedige vrijheidsstrijd maar liefst een half jaar onafhankelijk geweest. Toen verkocht Genua het eiland voor 40 miljoen lire (was toen vast meer dan 20 jaar geleden) aan Frankrijk, die het opnieuw knechtten en er sindsdien de baas zijn. Er is nog een lokale ETA (heet natuurlijk vast anders) maar de aanslagen die tot eind jaren '80 gepleegd werden zijn inmiddels vervaagd; nu blijft er alleen een diepe vorm van afschuw tegen alles wat Frans is over (Frans is voertaal maar Corsicanen spreken een onverstaanbaar lokaal dialect). Waarom de Italianen er in dit verhaal zo goed van af komen weet ik niet, trouwens. 
Vanochtend, bij daglicht, bleek Erbalunga - ofwel Brando - een allercharmantst en fraai dorpje met jachthaven, doolhofje van steegjes, trappen en kadepaadjes. Heet ook, trouwens. Water van de Middellandse Zee is hier helderder dan ik ooit heb gezien; zal wel zijn omdat het een eiland is. Pootje baden, brood kopen, visnetje; en route! 
Het is een monumentale reis aan het worden. De D80 is de weg die de noordkaap van Corsica omspant. Stukje van zo'n 15 kilometer is zonder asfalt - maar daar wordt aan gewerkt. Niet vandaag gelukkig, zaterdag. 
Wát een weg, wat een uitzichten. Wel heet, trouwens. Schitterende baaien, steile rotswanden en kliffen (soms iets dichterbij dan je zou willen), overal uitzicht over zee. Lilian zei dat ze dit mooier vond dan Highway 1 (Pacific Coast Highway, California, even name-droppen - been there, done that) en ik heb haar niet tegengesproken. 
Moeilijke weg, krappe bochten zonder zicht op tegenliggers, veel diepe gaten in de weg. Knap stukje stuurmanskunst.Jammer dat ik geprobeerd een berg aan de kant te zetten en flink wat (gelukkig kleine plastic-) schade aangericht, trouwens. Het was wel heel heet, moet ik hier nog vermelden.

donderdag 4 juli 2013

Plombino

Factor 6 blijkt te weinig. Goh, dat papa dat nou niet (al minstens tien keer) eerder heeft gezegd. Drie paar verbrande meisjesbillen / bovenbenen.worden voor mijn ogen met - nog uit de VS overgehouden - lidocaine-houdende aftersun ingesmeerd. Ik mag hiervan geen foto maken. Kleurrijke beelden worden jullie op deze wijze onthouden. Ijdelheid oh ijdelheid; we gaan geen factor 20 gebruiken, we willen bruin worden.
Vanuit Florence naar Siena over de RS2 is een verpletterende rit. Alle beelden die je van Toscane uit reclames, films en stereotypering kent komen voorbij - en zijn in werkelijkheid misschien nog mooier. Wat een magnifieke rit was dat. De weg kronkelt tussen heuvels door, die in het land golven. Op de mooiste heuvels liggen kopergouden dorpen, soms een enkele grote herenboerderij. De landgoederen eromheen zijn in een miljoen kleuren groen, van licht grijsgroen zoals salie kan zijn tot het zwartgroen van de cypressen die overal uit het landschap als uitroeptekens omhoog steken. Uitstappen en inademen; het zal wel lyrisch klinken maar het is er niet minder waar om, het ruikt er naar hout, rozemarijn, kruiden die ik niet ken; het is een bijna onwerkelijke omgeving. 
In Siena - de dag na il Palio, de formidabele - en misschien niet levensgevaarlijke maar wel ernstig gezondheidsbedreigende - paardenrace tussen de verschillende wijken op het centrale plein van de stad - rook het naar paarden, ham en vers brood. De stad ruiste nog van opwinding, de groenen-van-de-witte-gans hadden gewonnen en ze trokken dan ook hard trommelend en uiterst masculien kijkend triomfantelijk door de stad.
Siena is bruiner, lijkt ouder en minder gerestaureerd dan Florence. Het is een stadje met steile straten en donkere doorkijkjes. De stad neemt zichzelf wat serieuzer als toeristenbestemming; de souvenirs - naast de gebruikelijke troep - bestaat uit fraai en kostbaar aardewerk, svp non fotografe, en keukengereedschap van olijfbomenhout (mooie deegroller gekocht). Er staan de gebruikelijke - enorme - katholieke dependances. Het centrale plein lijkt nog nauwelijks veranderd sinds 1350; zeker met de drafbaan nog op zijn plek ziet het er uit alsof er elk moment een heks gewogen kan gaan worden. 
Na Siena zijn we doorgereden naar de kust, zuidelijk van Livorno, nog steeds midden in Toscane. Vandaag de hele dag aan het strand van de Middelandse zee. Het weer is geweldig, warm maar niet bloedheet, af en toe wolkje. De krekels maken soms zoveel herrie dat je je antwoord op een vraag moet herhalen. Vlinders, salamanders, sprinkhanen - en beduidend minder muggen. De avondlucht kleurt rose, neigend naar oranje, door Onzelieveheer in perfecte kleur-synchroniciteit met de op een heuvel gelegen villa hier vlakbij gemaakt.
We zitten op een plek vlak voor een kleine camping. Voor 15 euro per nacht mogen we alle faciliteiten van de camping gebruiken, we hebben alleen geen stroomaansluiting. Het strand is 5 minuten lopen hiervandaan, door een fraai laantje langs een grote - ook weer mooie - boerderij. 
Die faciliteiten - daar wil ik het kort over hebben. In Frankrijk beschreef ik dat daar inmiddels de gaten in de grond in de toiletgebouwen, die archaische scheitputten van weleer, hurkkakplekken, plattelandspoeppaleizen, hoe je ze maar noemen wilt, inmiddels verdwenen zijn. Ik heb nieuws. Ze zijn niet verdwenen, ze zijn verhuisd. In 2013 bestaat het de Italianen om 55 euro per nacht te vragen voor een camping waar je - zonder veel moeite - je eigen hielen van stront voorziet wanneer je geen bedreven gathanger bent. Op 10 toiletten - zowel dames als heren -zijn er 2 met een gewone pot - waarvan 1 voor de gehandicapte medemens, die dan wél een WC-bril heeft. Heb ernstig moreel gefaald en ben onnodig wat hinkelend schijnbaar toch wat slecht ter been dat hokje voor de uitgedaagde medemens binnengeslopen. En of ik ze uitgedaagd heb.
Vandaag de camper aan het strand gezet. Wat ruzie gemaakt met bureaucratisch neuzelende ambtenaren die vonden dat ik kampeerde als ik buiten zat met het luifel open. Vanzelfsprekend verloren. Binnen gezeten  (ik dan toch) na braaf vaderlijke poging om het aan het strand vol te houden (niet gelukt) , tour gekeken, natuurlijk waardeloze etappe maar dat maakte niet echt uit. Twee uur liggen pitten, kinderen aan het strand met echtgenote,beetje eten gekookt (bonen en pasta, zie onder), topmiddag. 
Vanavond maaltijdsalade. Gegrilde zwaardvis, geblancheerde sperziebonen, borlotti-bonen, kappertjes, olijven, artisjokharten, lokale rode ui, pasta, knoflook, gedroogde tomaten in olie, ruimhartig met verse knoflook, peper en goede olijfolie besprenkeld. 
Morgen via Pisa naar Livorno. Boot op, Corsica, here we come!
O ja zoals jullie zien doet de "J" het weer. 
Jeeeeeeeejjjjj!!!

dinsdag 2 juli 2013

Fiorentina / Florence. Zonder j gelukkig.

Mocht er af en toe een woord merkwaardig overkomen, zet dan ergens een j en wellicht wordt het duideliker. Min J doet het alleen wanneer ik er op een bepaalde manier vanuit een specifieke hoek op mep. Dat is weer het gevolg van de onwaarschinlike aantallen foto's die ik delete; windows vraagt immers na elke mep op del of e het wel zeker weet. Reparatie thuis te verrichten. Anders mooi excuus voor nieuwe laptop.  Eens kiken of het leven ook j-loos te lezen valt.
Waar waren we gebleven. Lago sub-Como. Mooi weer gehad, kinderen fin gezwommen, barbecuetje, alles wel. Gisteren vertrokken, op camperplekje boven Parma gestopt. Zag er best prettig uit; aan recreatiehaven bi de Po, uitgestorven, bloedheet. Belangrikste issue: zelfgetimmerde koffer niet opgewassen tegen de combinatie van 20 kilo aggregaat en de met restjes geld na afroming door de lokale maffia nauweliks onderhouden en uitermate door de weergoden geteisterde stroken gaten die voor wegen door moeten gaan. 
De - vanzelfsprekend geen woord over de grens sprekende - vermoedelike - havenmeester (misschien was het de burgemeester wel, ik kon niet met hem praten) was er zonder veel moeite toe te bewegen eens een kikje te komen nemen. 
Hi kwam, zag en overwon. Twee fikse hoekijzers en wat spierballen-Italiaans (vermoed ik) verder en de kist was weer tot één geheel hersteld. Op mijn verzoek of ik hem tien euro mocht geven reageerde hij met een gebaar van eten en vervolgens een wegwerpgebaar. Kan er geen kaas van maken, misschien kan iemand dit duiden?  Uitgebreid wuivend, de kinderen over de bol aaiend en met een lieftallig schopje richting hond wandelde de lichtbeaarde (nee lichtbeJaarde) Hercules tevreden terug naar zijn schuurtje om het Italiaanse equivalent van een welverdiende Gauloise op te steken. Hij mompelde nog iets, maakte een vliegbeweging en piepte daar wat bij. Op mijn "Mosquitos?" reageerde hij verheugd edoch grimmig kikend. 
Later zou blijken waarom. In de avondschemering bleek er een vestiging van Al Qauida, subdevisie steekbeesten, te zijn gevestigd in de zo lieflik ogende haven. Buiten vertoeven was letterlik onmogelik; je werd gestoken waar je bij stond, zat of liep. 
Eenmaal binnen in de Rimor SuperBrig was het bloedheet. Daarom maar stroom gestolen - sprintend met de kabel over het haventerrein- en de airco voor het eerst een nacht aan gehad. Werkt als een speer. 
Vanochtend om 9 uur vrolik op weg naar Fiorentina, Florence, Firenze, hoe je het maar noemen wilt. Om 12 uur op de duurste camping ooit gearriveerd. Ik had me voorgenomen niet meer over geld te zeiken hier maar dit moet me even van het hart. Het "gratis wifi" doet niks, de wc's zijn een heel stuk bergop en de campsites zin zo vlak als een dronken draglinebestuurder met Parkinson én ADHD ze aan kon leggen. Pris per nacht: 73 euro. 
Firenze.... wat een stad. Afgelopen jaar London, Parijs, Amsterdam; hou ze maar. Wat een grandeur, wat een kleuren. Het was niet eens zo verschrikkelijk loeidruk - wat bi 30 graden best fijn is - en de stad was op loopafstand (dat dan weer wel) van de camping. Schitterende stadswandeling gemaakt, vanzelfsprekend is en pizza gegeten.
En dan de vrouwen - spreek me niet van de vrouwen. Je ziet onmiddellik wie er native Italiana is; in alle leeftijdscategorieen voortreffelik geklede, keurig gekapte en verzorgde dames, in mijn ogen soms ietwat overdressed. Zelfbewust door het stadsverkeer schrijdende dames met ijskoude, huiveringwekkende blikken voor de onverlaat die ze voor de voeten loopt, verder totale ontkenning van de aanwezigheid van anderen.
Morgen wacht Siena, zo'n 70 kilometer verderop. Vridag naar Frankrijk. Naar Frankrik, zegt u? Neeee, naar Frankrijk. Corsica, om precies te zin. 's Avonds om 18 uur in Livorno oppe boot, om 23 uur op Corsica. Dinsdagochtend alweer terug, last minute is voordelig maar heeft zo zin beperkingen. Daarbi gaan we niet terug naar Livorno maar varen we naar Genua. Ik hou u op de hoogte.
eroen Aarts, dat gezeik met die fietsjes: misschien moet e Casper en Hobbes eens erop nalezen, de relatie van een ongetje met zijn fiets kan knap complexer zijn dan jij als volwassene kunt bevroeden.