woensdag 15 september 2021

Parijs is niet ver meer


 De reizen door Frankrijk zijn over het algemeen vrij voorspelbaar, met weinig verrassingen. Deze reis is niet echt een uitzondering daar op. De kust van Bretagne is zeer geschikt om langs te trekken, over rotsen tussen poeltjes door te struinen, uit te waaien en er "even helemaal tussenuit" te zijn. Dat weet je, dat krijg je. Het septemberweer is wat wisselvallig maar we hebben geen koude dag gehad - en de natte dagen waren dat toch steeds maar gedeeltelijk. Parttime vochtige, zogezegd. 

De populatie is Frans. Soms even een verdwaalde toerist uit België of Nederland, maar het gros van de campers heeft een Frans kenteken en zit vol Fransen. Ze vallen me mee, dit jaar. Die Fransen. Vriendelijk, behulpzaam, sporadisch zowaar een woord Engels sprekend, generallement gentile. Dat kan te maken hebben met mijn nieuwe fase van zelfontplooiing, waarin geduld, liefde, vriendelijkheid, begrip, kalme overweging en algemene waardering en respect voor mijn medemens de kern van mijn chakra vormen. De werkwijze om tot deze Nieuwe Jos te komen is over het algemeen simpel; ik begin me op te winden en ga dan op zoek naar de meerwaarde van het conflict waarin ik mezelf dreig te dompelen. Die blijkt er zelden te zijn. Daarnaast véééél en vaak tot tien tellen ook, trouwens. Diep zuchten helpt ook.
We staan nu op de camping Bois de Boulogne, Parijs. Inderdaad, pal aan het Bois de Boulogne en 6 kilometer van de Tour Eiffel verwijderd - daar gaan we morgen dan ook per fiets naar toe. We hebben meer gefietst dan tijdens eerdere reizen, hoewel de Franse fietsinfrastructuur, op zijn zachtst gezegd, nog best wat beter kan. Voor een land dat prat gaat op de Tour De France is het aantal meters fietspad bedroevend (en het waar het dan toevallig aangelegd is: het begint en eindigt zomaar ergens, onaangekondigd, liefdeloos, ongeïnteresseerd). 

We komen vandaag uit de richting van de ontdekking van de reis, Le Mans. Het magnifieke, wereldberoemde en klassieke circuit en het overweldigende museum vol historische automobielen erbij is onovertroffen. Zegt men; niet gezien. De oude binnenstad, Cité Plantagenet - als ik het goed begrepen heb - is werkelijk fantastisch in stand gehouden dan wel gerestaureerd. De straten zijn van kinderkoppen met staande stenen aan de zijkant om schade aan de huizen door paard-en-wagens te voorkomen. De basiliek is verontrustend middeleeuws, hooggelegen en met uitwendige steunberen. Angstaanjagend - maar dat kan ook liggen aan het boek dat ik nu zit te lezen, over de Pest-uitbraak in de 14e eeuw en het alledaagse leven in die tijd, geteisterd door alle angsten denkbaar die de Kerk op de mensheid los liet. Hoe dan ook, geen McDonalds of H&M te bekennen, evenmin de goedkope prullaria-winkels. Wel boekwinkels met vergeelde en stoffige manuscripten, horlogemakers, instrumentbouwers en handelaren in bladmuziek. In panden die minstens vierhonderd jaar oud zijn. Geweldig, gaat dat zien.

Morgen dus fietsen door Parijs. Duim voor ons. Overmorgen gaan we weer naar huis. En o ja, vóór ik het vergeet: die Coronapas, die wordt hier al tijden gehandhaafd. Het werkt prima en pijnloos, kan ik jullie vertellen. Hou op met zeuren en laat je vaccineren, ga er fijn op uit naar een volle bioscoop en lekker volle terrassen. Het was hier gezellig en zonder corona-stress. Nou heb je in een camper toch al weinig met anderen te maken en dat is maar goed ook. Ik blíjf een beetje tot tien tellen. 

En dan heb ik nog niets verteld over de Grotten van de Duivel, die al snel uitmondden in de Keien van de Hel, waar Liel en ik angstige momenten doormaakten en een zonnebril verdwenen is. Nou moeten we ook wat te vertellen hebben als we thuis komen dus dat verhaal is voor de volgende keer, als we elkaar real time ontmoeten.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten